Ouders die lang geleden kinderen kregen met hulp van een donor, hebben dat vaak nooit aan iemand verteld. Ook niet aan hun kind. Deze ouders worden ouder. Fiom heeft het initiatief genomen voor de campagne ‘Nu het nog kan’. Deze campagne wil deze oudere ouders aanmoedigen hun kinderen alsnog te vertellen over hun ontstaansgeschiedenis. Zelf. Nu het nog kan.
Nog niet eens zo heel lang geleden adviseerde de dokter om met niemand over de donorconceptie te praten. Donoren waren anoniem. Niets zeggen zou het beste zijn voor iedereen.
Tijden zijn veranderd. We weten nu dat geheimen over zulke belangrijke zaken schadelijk kunnen zijn voor relaties in gezinnen. Ook is er aandacht gekomen voor de rechten van kinderen: ieder kind heeft het recht om te weten van wie zij genetisch afstamt.
Een geheim met je meedragen kan zwaar wegen. Het idee een belofte te breken ook: lang geleden heb je met de dokter en met je partner afgesproken er nooit over te spreken.
Met de opkomst van internationale DNA databanken is de kans dat je kind zelf ontdekt dat zij donorkind is, groter geworden.
Het is altijd beter om je kind zelf te vertellen over haar ontstaansgeschiedenis dan dat je kind dat onbedoeld zelf ontdekt. Nu kan dat nog.
Besluiten je volwassen kind te vertellen over de donorconceptie en de donor is spannend. Dat vraagt om moed en een goede voorbereiding.
Informatie over hoe je dit kunt doen en wie je daarbij kunnen helpen vind je in het stappenplan:
Ben je benieuwd hoe andere ouders dit gedaan hebben, en hoe hun kinderen gereageerd hebben? Lees/kijk de verhalen van
De campagne ‘Nu het nog kan’ is een initiatief van Fiom, in samenwerking met Stichting Donorkind, donorconceptie.nl, en de podcasts De Kwak kwaakt en DNAzaten. Met deze campagne willen we ouders van inmiddels volwassen donorkinderen aanmoedigen om hun kinderen te vertellen over hun ontstaansgeschiedenis. Deze ouders zijn al op leeftijd, en nu kan het nog!
