Ik weet niet wie de donor is
Als donorkind denk je soms aan je donorvader of -moeder. De ene periode vaker dan de andere. Hoe ziet hij eruit? Hoe heet zij? Heb je bepaalde kenmerken of karaktereigenschappen van hem of haar? Het is heel natuurlijk en normaal om nieuwsgierig te zijn naar de man of vrouw die de helft van jouw genen heeft geleverd.
Voor de een blijft het bij nieuwsgierigheid. De ander wil gewoon weten wie het is. Of misschien heb je twijfels of je dat wilt weten. Of denk je dat je hem of haar toch niet kunt vinden. Het is best ingewikkeld om voor jezelf helder te weten welke behoefte jij hebt.
Er zijn ook donorkinderen die geen behoefte hebben om te weten wie hij of zij is. Dat wil niet zeggen dat ze nooit aan hem of haar denken, of dat ze niet nieuwsgierig zijn.
In de loop van de tijd kan je gevoel of je wens om meer te willen weten van de donor veranderen. Er nu voor kiezen om geen actie te ondernemen is geen keuze voor het leven. Je kunt altijd van gedachten veranderen.
'Op zoek naar mijn donorvader' - Ester en Frank vertellen
Ester was eind twintig toen zij hoorde dat haar vader niet haar biologische vader is. Ook Frank hoorde pas op latere leeftijd dat zijn ouders hulp hadden gehad van een donor om hem te krijgen.
Beiden zijn op zoek gegaan naar de donor, en vonden hem.
Praten over de donor
Met wie praat je over je dilemma om wel of niet te willen weten wie de donor is? Je ouders, je partner, een broer of zus, een vriend of vriendin: het is maar net bij wie jij je vertrouwd en veilig voelt om je vragen, twijfels en verwachtingen te delen.
Ook contact met andere donorkinderen kan fijn en helpend zijn. Om herkenning te vinden en je verhaal te kunnen doen zonder alles uit te hoeven leggen. Andere donorkinderen kunnen je tips geven en helpen bij het zoeken naar en/of contact leggen met je donorvader of -moeder. Via Stichting Donorkind kun je in contact komen met andere donorkinderen en vind je een lijst met ervaringsdeskundige professionals waar je terecht kun voor hulp en ondersteuning.
Een donor is abstract, maar als hij/zij een man/vrouw wordt met een naam en een gezicht, komt er een concreet persoon in jouw leven. En in het leven van je ouders. Dat is spannend. Het is fijn en belangrijk om met je ouders te kunnen praten over wat dat voor jou betekent, en te horen hoe zij dat ervaren.
Maar niet in alle gezinnen wordt er makkelijk gesproken over de donorconceptie en de donor. Als (een van) je ouders het lastig vinden om hierover met jou te praten, kun je ze wijzen op deze website. Hier staat ook voor ouders informatie over waarom openheid over donorconceptie in het gezin zo belangrijk is. Als zij hulp willen, vinden ze hier ook een overzicht van gespecialiseerde counselors.

Hoe kan ik te weten komen wie de donor is?
Als je wilt weten wie je donorvader of -moeder is, is het belangrijk om te weten wat jouw situatie is: ben je in Nederland of in het buitenland verwekt, en was dat voor of na 2004?
In 2004 is er in Nederland een wet van kracht geworden die regelt dat anoniem doneren niet meer is toegestaan. In de periode na 2004 gold er nog enige tijd een overgangsregeling, waardoor er toch nog kinderen geboren zijn na inseminatie met anoniem donorsperma.
Kies de omschrijving die op jou van toepassing is:
Is de dokter mijn donorvader?
DNA onderzoek heeft duidelijk gemaakt dat in het verleden meerdere artsen hun eigen sperma gebruikt hebben bij KID-behandelingen.
Als jij vermoedt dat één van deze artsen wel eens jouw donorvader zou kunnen zijn, dan kun je je gratis inschrijven in de Fiom KID-DNA databank.
Veelgestelde vragen
Er is veel niet goed gegaan in de kliniek van dokter Karbaat.
Kinderen die willen weten of dokter Karbaat hun donorvader is, kunnen zich inschrijven bij de Fiom KID DNA-databank. Wil je je nog niet inschrijven maar wel contact met andere donorkinderen, neem dan contact op met de Stichting Donorkind.
Moeders die bij dokter Karbaat behandeld zijn kunnen contact opnemen met Stichting Donorkind om in contact te komen met andere moeders die in de kliniek van dokter Karbaat behandeld zijn.
Als je donorkind bent en wilt weten wie je donorvader of -moeder is, is het belangrijk om te weten wat jouw situatie is: ben je in Nederland of in het buitenland verwekt, en was dat voor of na 2004?
In 2004 is er in Nederland een wet van kracht geworden die regelt dat anoniem doneren niet meer is toegestaan. In de periode na 2004 gold er nog enige tijd een overgangsregeling, waardoor er toch nog kinderen geboren zijn na inseminatie met anoniem donorsperma.
Kies de omschrijving die op jou van toepassing is:
Veel ouders met volwassen kinderen die nog niet weten dat zij donorkind zijn, vinden het moeilijk om dit hun kind te vertellen. Ze zijn bang voor de reactie van hun kind of de omgeving. Het is echter nooit te laat om je kind te vertellen over donorconceptie. De ervaring leert dat ze soms in het begin wel boos kunnen zijn, maar voelen ook opluchting en waarderen uiteindelijk je eerlijkheid. Voor jou kan het ook een opluchting zijn dat het geheim niet langer geheim is. Een goede voorbereiding is wel belangrijk.
Jonge kinderen willen alledaagse dingen weten, zoals wie is hij, hoe heet hij, mag ik hem zien, is hij aardig e.d. Na de geboorte van je kind kan je bij het College Donorgegevens het donorpaspoort opvragen met niet-identificeerbare gegevens. Hierdoor kan je je kind al een paar dingen over de donor vertellen. Oudere kinderen hebben ook andere vragen zoals, heb ik nog (meer) broertjes en zusjes, is de donor ook familie, wat zou ik van hem hebben e.d.
(Jong) volwassen kinderen zullen weer andere vragen hebben, zoals: waarom kozen jullie voor donorconceptie en niet voor adoptie of pleegzorg? Waarom kozen jullie voor een bekende donor/kliniekdonor?
Zorg ook dat je als ouder voorbereid bent op hoe je je kind kunt ondersteunen als zij wil weten wie de donor is.
Vanaf de geboorte kun je je baby vertellen dat een donor geholpen heeft om haar te kunnen krijgen. Je kind begrijpt dan nog niet wat je zegt, zoals heel veel dingen die je zegt, maar dat is niet erg. Jij went er op deze manier zelf aan om het naar je kind uit te spreken. Als je dat af en toe doet, gaat je kind uiteindelijk zelf vragen stellen en krijg je gesprekjes. Zo wordt het vertellen een natuurlijk proces en groeit je kind ermee op. Je kind ervaart op deze manier ook dat donorconceptie met jou bespreekbaar is en met vragen bij jou terecht kan.

Blijf op de hoogte
De wereld rondom donorconceptie staat niet stil. Wil je op de hoogte blijven van relevante onderzoeken, nieuws en actuele ervaringen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.