Psychosociale begeleiding van (wens)ouders, donorkinderen en spermadonoren (Badok I studie)

20 juli 2017
spermadonatie
Terug naar het overzicht

Onderwerp

De behoefte aan informatie en begeleiding van (wens)ouders van donorkinderen, donorkinderen en donoren: wat is het verband tussen onvervulde behoefte en kwaliteit van leven, en hoe kan de voorlichting en begeleiding worden geoptimaliseerd.

(Badok is een acroniem voor “begeleiding aan donoren, moeders en donorkinderen”)

Onderzoeksopzet

Gecombineerd kwantitatief en kwalitatief onderzoek.

Het onderzoek is uitgevoerd door het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde van het AMC Amsterdam en de Faculteit Maatschappij en Gedragswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam, en gefinancierd door ZonMW.

Resultaten

Wensouders willen weten hoe spermadonoren door de kliniek worden gescreend. Voor en na de geboorte van een kind hebben ouders het voornemen om hun kind te vertellen dat hij/zij is geboren na een behandeling met donorsperma. Na de geboorte van het kind hebben zij vragen over wanneer en hoe zij hun kind het beste kunnen vertellen dat hij/zij een donorkind is. (Wens)ouders hopen hierbij op advies van professionals en vinden het prettig om ervaringen van andere ouders te horen.

Donorkinderen wensen dat ouders vanaf jongs af aan open zijn over dat zij een donorkind zijn en vinden het prettig hier open over te kunnen spreken met hun omgeving. Zowel (wens)ouders als donorkinderen zijn nieuwsgierig naar de donor en willen weten wat de eigenschappen van de donor zijn.

Donoren willen weten hoeveel donorkinderen zij hebben, of zij benieuwd zijn naar de donor en of de kinderen gezond zijn. Zij denken mogelijk behoefte te hebben aan contact met professionals als donorkinderen zich melden voor een ontmoeting.

 

Projectinformatie

Project Psychosociale begeleiding en counseling van (wens)ouders, donorkinderen en spermadonoren bij kunstmatige inseminatie met donorsperma (KID), eindverslag 20 juli 2017

 


FacebookTwitter